Archive for August, 2014
The History of Nintendo Volume 2
Na The History of Nintendo Volume 1 komt uiteraard The History of Nintendo Volume 2. Waar het eerste deel ingaat op het ontstaan van Nintendo tot het moment dat ze videogames gingen ontwikkelen gaat dit tweede deel in op de Game & Watch-zakcomputers. De Game & Watch-serie van Nintendo is een reeks zakcomputers waarop je één game kon spelen. Van het simpele Ball tot een variant van Donkey Kong, er zijn behoorlijk wat games in verschillende versies verschenen.
Het begon allemaal toen Gunpei Yokoi, tot dan toe bedenker van een aantal Nintendo speelgoedstukken, in de trein iemand zak spelen met een calculator. Dit bracht hem op het idee om videogames in dat formaat uit te brengen en samen met Sharp ontwikkelde Nintendo de Game & Watch. De eerste game was Ball, waarbij je moest jongleren met twee of drie ballen.
De eerste exemplaren uit de serie waren erg simpel en kenden slechts twee speelknoppen (naast een aantal andere knoppen voor het menu en het instellen van de klok en de wekker). Later ontwikkelde Yokoi de d-pad en kwamen er Game & Watch-units met twee schermen, vergelijkbaar met de huidige Nintendo (3)DS.
Tot zover de korte introductie over Game & Watch, in het boek staat natuurlijk nog veel meer over de ontwikkeling, verschillende typen en de games. Het grote verschil met het eerste deel van The History of Nintendo is het feit dat Volume 2 meer een catalogus is dan een boek. De eerste twee hoofdstukken vertellen over Gunpei Yokoi en de ontwikkeling van de machines, maar vervolgens wordt simpelweg elk model besproken.
De eerste twee hoofdstukken zijn erg interessant om te lezen, maar het catalogus-gedeelte veel minder. Het is leuk om de versies te zoeken die je zelf hebt, of te zoeken naar de zeldzame exemplaren, maar daar blijft het een beetje bij. Een aantal games, zoals bijvoorbeeld Donkey Kong, is meerdere keren uitgebracht en je leest dus voor je gevoel veel dezelfde tekst.
De opzet maakt dit deel wat minder leesbaar, je bent er ook sneller doorheen als je niet elke tekst over elke variant leest, maar overall gezien blijft het een boek dat je eens ingezien moet hebben. De eerste twee hoofdstukken smaken naar meer en het is verbazingwekkend om te lezen dat sommige exemplaren uit de Game & Watch-serie honderden euro’s doen op Ebay.
Hopelijk krijgen we ooit nog een Volume 3, want de geschiedenis van Nintendo blijft de moeite om te lezen en het is prachtig om die oude games weer te zien. Ook hoop ik dat we het boek over Yokoi zelf ooit eens in het Engels mogen lezen. Mijn vertrouwen in Pix ‘n Love is wat gedeukt, maar geduld is een schone zaak.
Brothers – A Tale of Two Sons
Een paar weken geleden kregen we van Sony gratis (naja, via PlayStation Plus) de game Brothers – A Tale of Two Sons. Deze indie-game stond al enige tijd op mijn lijstje-met-potentiële-aankopen maar een gratis exemplaar is altijd fijner. Ik had al her en der gelezen dat de game inspeelt op emoties (zoals elke indie-game probeert te doen) en dat je als de twee broers tegelijk speelt. Hierbij is de grote broer de linker analoge stick en de kleine broer de rechter analoge stick.
In het begin is dat behoorlijk wennen omdat je normaal gesproken slechts één personage bestuurt en de rechter stick voor de camera gebruikt wordt. Gelukkig lukte het me snel om de besturing onder de knie te krijgen, maar probeerde ik wel zoveel mogelijk de grote broer aan de linkerkant van het speelveld te houden en de kleine broer aan de rechterkant. Liepen ze aan de andere kant dan moesten mijn hersenen in spiegelbeeld gaan denken en dat lukte niet altijd…
Ook de puzzels zijn af en toe echt breinbrekers, want elke broer heeft ook andere eigenschappen. De grote broer is logischerwijs de sterkere van de twee terwijl de kleine broer door smallere gaten past. Kwalitatief zijn de puzzels ook echt sterk, denk aan Zelda-games, maar dan keer twee omdat je met twee personages tegelijk speelt. Erg tof!
De sterke gameplay wordt bijgestaan door een misschien nog wel betere setting. Het verhaal draait om de twee broers die de wijde wereld intrekken om een medicijn voor hun zieke vader te zoeken. Ze moeten echt samenwerken om verder te geraken en de verschillende passages in de game tonen dat zeer geloofwaardig.
Grafisch zit Brothers goed in elkaar met ontzettend veel afwisselingen van omgeving en een erg mooie soundtrack. Daarnaast communiceert de game zonder woorden het hele verhaal. De combinatie van beeld en geluid zuigen je in de game en laten je niet los totdat je de credits voorbij hebt zien komen. Van de gigantische eenzame trol die jou helpt tot het schattige meisje dat je door de sneeuw begeleidt, elk personage vertelt een geheel eigen verhaal.
Als je uiteindelijk het medicijn voor je vader hebt gevonden en je bent terug thuis, dan moet je echt even de hele game laten bezinken. Is het alles wel waard geweest? Dat je die vraag kunt stellen aan het eind, en het antwoord simpelweg niet weet, betekent dat het een mooie ervaring is geweest. Unieke game.
Ratchet & Clank – QForce
Nadat ik Wind Waker had uitgespeeld wilde ik de rpg zomer weer oppakken en ondanks meerdere verzoeken om Persona 4 verder te spelen voelde ik me enorm mans en pakte ik Dark Souls uit. Dat was geen succes. Eén eindbaas is me nog gelukt, maar bij de tweede (Taurus Demon) was ik er al weer klaar mee. Respawns, enorme afstanden backtracken en dodelijke vijanden zijn niet aan mij besteed.
Om bij te komen van de spanking van Dark Souls leek het me een goed idee om een luchtige game te spelen: Ratchet & Clank – QForce. Deze game duurt volgens How Long to Beat ook niet erg lang, dus prima om even weer wat zelfvertrouwen bij te tanken.
Q-Force is, in tegenstelling tot eerdere Ratchet & Clank-games, geen volwaardige shooter-platformer. Het combineert platforming, schieten en tower defense tot één geheel. Je begint op je basis en die moet je opnieuw opstarten om de volledige verdediging weer werkend te krijgen. Om de basis opnieuw op te starten moet je in het level waar je zit een aantal sleutelstations vrijspelen. De zoektocht naar die sleutelstations leunt op de traditionele Ratchet & Clank-gameplay. Je sprint over wat platformen en schiet wat vijanden neer.
Onderweg verzamel je bouten en moeren, de valuta in de game, waarmee je verdediging voor je basis kunt kopen. Mijnen, kanonnen en versterkte muren in verschillende opties behoren allemaal tot je mogelijkheden. Hoe verder in de game je komt hoe sterker de verdediging, maar ook hoe sterker de vijanden. Hierdoor blijft er altijd een mooie balans tussen beide. Het grote voordeel van een tower defense-game waarbij je zelf kunt meeverdedigen is dat je ondersteuning kunt bieden aan dat gedeelte dat het zwaarst aangevallen wordt. Is de linkerkant van je basis veilig, maar komen de meeste vijanden van rechts, dan help je daar zelf een handje mee met een van de vele wapens die je hebt.
Ratchet heeft ook in dit deel namelijk weer een flink arsenaal aan wapens en het is een beetje een ‘best of’ geworden uit eerdere games. Zo maken de Buzz Blades weer hun opwachting en is het coolste wapen aller tijden, Mr. Zurkon, weer van de partij. Alle wapens levelen mee naar gelang je ze meer gebruikt en zo is je favoriete wapen ook extra sterk in de latere levels waar dat echt nodig is.
In totaal zijn er vijf werelden (eentje dubbel maar dan in de sneeuw) waar je de basis moet verdedigen en hierna volgt het eindbaasgevecht. Dit gevecht is zonder tower defense en dus klassiek Ratchet & Clank. In zijn totaliteit is de game wat aan de makkelijke kant, en ook niet erg lang, maar ik heb me er zeker twee dagen mee vermaakt. Voor een tientje, zo duur is de game bij de meeste winkels tegenwoordig, koop je dus een ietwat korte, maar erg leuke game.
Mr. Zurkon doesn’t need bolts, his currency is pain.
The Legend of Zelda – The Wind Waker HD
Ik heb een haat-liefde-verhouding met The Legend of Zelda. De setting, de graphics, de muziek en de mythologie vind ik fantastisch en bijna ongeëvenaard. De gameplay daarentegen trek ik niet zo goed. Elk deel is nagenoeg hetzelfde opgebouwd en kent vreselijke passages die je het bloed onder de nagels weghalen. Dit is de reden dat ik tot vandaag slechts één Zelda-game had uitgespeeld: Link’s Awakening voor de good old GameBoy.
Een 3D Zelda is me nog helemaal nooit gelukt omdat er altijd wel een punt was waarop ik het opgaf. Bij Ocarina of Time was ik na een paar keer proberen he-le-maal klaar met de trommeleindbaas en tijdens de GameCube-periode gaf ik Wind Waker op toen ik op een gegeven moment voor de duizendste keer heen en weer moest zeilen. Waarom Wind Waker nu, iets meer dan 10 jaar later, wel gelukt is komt voor een deel omdat ik voor de vervelende secties een guide heb gebruikt, maar voor een ander deel omdat Nintendo flinke verbeteringen heeft aangebracht.
Niet alleen de graphics zijn geüpdatet namelijk, maar ook de gameplay. Er is nu bijvoorbeeld een swift sail voor je zeilboot zodat je gemakkelijker en sneller kunt varen en de Triforce-missie is aangepast waardoor je er sneller doorheen bent. Ook zijn er unieke Wii U-functies zoals het real time bekijken van de plattegrond op de gamepad (dus zonder steeds in het menu te gaan) en kun je direct van items wisselen via het touchscreen. De game is veel meer gestroomlijnd.
Ondanks de verbeteringen en het feit dat ik de game nu uitgespeeld heb blijft mijn Zelda-vooroordeel bestaan. Ook hier is de gehele setting fantastisch, maar de gameplayopbouw is af en toe dramatisch. Zo was het op een gegeven moment tijd om de Wind Tempel te doorlopen. Daar aangekomen blijkt dat je niet het eiland op kunt vanwege de hard wind: je moet de Iron Boots eerst zoeken. Aangekomen bij het eiland waar de Iron Boots liggen blijkt dat dit eiland bevroren is. Om deze te ontdooien heb je vuurpijlen nodig die je kunt krijgen door een speciale Wind Waker-melodie te leren… Steeds word je van het kastje naar de muur gestuurd en zonder swift sail en guide is dat echt dramatisch. Ik begrijp helemaal waarom ik de game vroeger niet uitgespeeld heb.
Een ander minpunt vond ik het feit dat je aan het einde opnieuw tegen vier eindbazen moet vechten die je eerder in de game al hebt verslagen. Nu is dit niet een Zelda-specifiek probleem, maar kom op, dit is zo goedkoop. Bah. Uiteindelijk aangekomen bij de eindbaas blijkt dit gevecht ontzettend sterk te zijn en na het zien van het eindfilmpje blijft er gelukkig toch een gevoel van awesomeness hangen.
Achteraf gezien kan ik me over de minpunten heen zetten en deze game zeer waarderen. Het gebeurt namelijk niet vaak dat je stil wordt van een game door de omgeving waarin je loopt. Dat gebeurt in Wind Waker op meerdere locaties en dan met name de eerste keer dat je in Hyrule aankomt. De details kloppen ook allemaal en vanwege de gekozen grafische stijl krijgen alle personages ontzettend veel karakter. Het is een tijdloze klassieker, maar wel met een gebruiksaanwijzig.
Uncharted: The Fourth Labyrinth
Naast gamen is lezen ook ergens een hobby van me. Hoewel ik er veel te weinig tijd voor neem/heb geven boeken me een goed gevoel. Je kunt helemaal opgaan in een verhaal en hoewel alles beschreven staat heb je je eigen verbeelding nodig om het compleet te maken. De meest recente boeken die ik uitgelezen heb (dat was alweer 2011… damn) zijn gebaseerd op games: Bioshock Rapture en Dead Space Martyr. Beide boeken vertellen het verhaal dat voorafging aan het eerste deel in de serie games. Dit staat in tegenstelling tot het boek dat ik afgelopen weekend las: Uncharted The Fourth Labyrinth is een verhaal dat niet aan de tijdlijn rommelt en ‘gewoon’ een avontuur van Drake en Sully is.
Dit keer helpen Drake en Sully Jada Hzujak; de dochter van Luka Hzujak, een bekende van Sully die vermoord is door onbekenden. Luka was bezig met onderzoek naar labyrinthen die mogelijk door Daedalus ontworpen en gebouwd zijn, inclusief verhalen over de Minotaurus (Griekse mythologie enzo). Het boek neemt je mee langs verschillende locaties: onder andere New York, waar Jada woont, Egypte en Griekenland worden bezocht door onze helden. De grote vraag gaat niet alleen over wie Luka vermoorde en waarom, maar ook over het geheim van de labyrinthen.
Waar je in veel boeken zelf een beeld vormt over de personages is dat met een boek met bekende personages niet. Gedurende alle gebeurtenissen zag ik Drake en Sully zoals ze ook in de PlayStation 3-games getoond worden. Alleen Jada en wat andere personages moet je zelf vorm geven en de maker weet dit. De overige personages worden veel visueler beschreven en krijgen meer uiterlijke kenmerken mee.
De opbouw van het verhaal is overigens vergelijkbaar met die van de games. Er zijn rustige secties waar men zaken bespreekt en onderzoekt, er zijn secties waarbij het trio klimt en klautert door de omgeving en er zijn genoeg shootouts. Ze wisselen elkaar ook mooi af, net als in de game. Ook hier blijkt dat de schrijver weet waarover hij schrijft.
Bij Bioshock en Dead Space vond ik het vooral tof om te lezen hoe de situaties in de game nou eigenlijk ontstaan zijn en ergens is het jammer dat dit Uncharted-boek gewoon een nieuw hoofdstuk in de serie is. Toch heb ik me er zeer zeker mee vermaakt, ook al heb ik ruim een jaar gedaan om het uit te lezen. Uiteraard heb ik nu het goede voornemen om meer tijd vrij te maken om te lezen, maar of het gaat lukken weet ik nog niet. Ik begin in ieder geval met het verder lezen van The History of Nintendo Volume 2, daar was ik al in begonnen voordat ik aan Uncharted begon…
ISBN 9780857682185